Terug naar Nieuws

Nummer drieëntwintig

De bewogen week van Raymond van der Schuit

Het was een rare week voor Raymond van der Schuit. Maandag had hij zijn eerste gesprek met Trappers, twee dagen later ging hij in de Cupfinal met Nijmegen onderuit tegen Heerenveen, donderdag vierde hij zijn vijfentwintigste verjaardag en weer een etmaal later zette hij zijn handtekening onder een contract in Tilburg.

En dus wacht vrijdagavond zijn debuut in de Oberliga tegen Füchse Duisburg in plaats van een BeNe League duel met de Devils tegen de Chiefs uit Leuven. ‘Dit had ik vorige week niet durven dromen. Ik had niet verwacht dat Nijmegen me vroegtijdig zou laten gaan, maar ik ben enorm blij en dankbaar dat ze me deze mogelijkheid hebben geboden.’

PAPIERTJE

Twee jaar geleden was er al een kortstondige flirt met Trappers, maar koos Van der Schuit voor een langer verblijf in Den Haag. ‘Destijds kwam de interesse te vroeg. Ik was net begonnen aan mijn studie commerciële economie. Daar paste de fysieke en mentale belasting van Oberliga ijshockey niet naast.’ Het kenmerkt de realiteitszin bij de sympathieke aanvaller. Hij is zich bewust van het feit dat er na zijn ijshockeycarrière nog een leven op hem wacht. ‘In Nederland kun je niet leven van het ijshockey dus is het belangrijk om dat papiertje te halen.’

Nu de Tilburgers opnieuw belangstelling toonden, was de keuze voor de drievoudig Oberliga Meister snel gemaakt. ‘Ik heb wat navraag bij Levi (Houkes) en Ritchie (van Hulten) gedaan. Zij hebben tenslotte met Trappers in de Oberliga gespeeld. Hun antwoord was doen! Aan alles merk je dat het een professioneel geleide organisatie is. De mensen met wie ik gesproken heb, zijn enorm vriendelijk. En wie speelt er nu niet graag elke week voor een uitverkocht huis?’

DERDE ROTTERDAMMER

Van der Schuit is na Jordy van Oorschot en Diego Hofland de derde Rotterdammer in Tilburgse dienst. Met een ijshockeyende neef (Jan Jaap Natte) en oudere broer (Maurice, verdediger bij HIJS Hokij) kreeg de winger het ijshockey met de paplepel ingegoten. Het was dus niet de vraag of, maar eerder wanneer hij de ijzers zou onderbinden.

Toch speelde Raymond nooit in de Havenstad. IJshockey en Rotterdam bleek sowieso geen goed huwelijk. Midden jaren ’80 gloorde er even hoop toen geldschieter Willem van ’t Wout met de Panda’s grootse plannen had. Helaas verdween het succes weer net zo snel als het gekomen was. Sindsdien is de situatie alleen maar verslechterd en heeft de tweede stad van ons land zelfs geen ijsbaan meer.

Dus was het eerste ijshockeytenue dat hij aantrok van Lions uit Dordrecht, zo’n 25 kilometer verderop. Het talent bij de youngster was direct zichtbaar. De overgang naar het Centrum Topsport en Onderwijs (CTO) in Eindhoven was een logische volgende stap. Hij deelde er de kleedkamer met zijn nieuwe ploeggenoten Max Hermens, Danny Stempher, Jonne de Bonth, Kilian van Gorp, Ruud Leeuwesteijn en Reno de Hondt.

EERSTE KENNISMAKING

In de Lichtstad kreeg Raymond ook voor het eerst te maken met Bo Subr. ‘Je gelooft het misschien niet, maar Danny (Stempher) en ik hebben een half jaar met Bo in een huis gewoond’, lacht de nieuwbakken Trapper. De Tsjech had hem bovenaan zijn lijstje staan en prees hem ‘als een van de weinige Nederlandse jongens in de BeNe League, die het niveau in Tilburg aan zou kunnen.’

‘Het zegt veel over hoe hij mij ziet. Hij kent me al lang en heeft altijd in me geloofd. Nu is het aan mij om zijn vertrouwen met goede prestaties terug te betalen.’ Wat brengt Van der Schuit mee naar de Kruikenstad? ‘Lef, moed, creativiteit, goede techniek, scorend vermogen, positiviteit en altijd honderd procent inzet.’ En waar kan nog winst geboekt worden? ‘In het verdedigende aspect. Onder Chris (Eimers) bij Den Haag heb ik al wel stappen gemaakt. Nu met Bo en Josh moet ik dit verder uitbouwen en uitgroeien tot een two-way player.’

NUMMER 23

Vrijdagavond verschijnt de nieuweling met rugnummer 23 op het ijs. ‘Eigenlijk wilde ik 55 omdat dat het geboortejaar van mijn moeder is. In Amerika speelde ik ook met dat nummer. Helaas was het nu niet voorradig. Wanneer het de komende maanden van beide kanten goed bevalt en ik hier blijf spelen, switch ik volgend seizoen naar 55.’

Van der Schuit wil zich manifesteren op het bevroren water. Hij is hongerig. Hij wil winnen. Prijzen pakken. ‘De ambities van Trappers sluiten naadloos aan op die van mij. Ik wil de vierde Oberliga titel naar Tilburg halen. Ik heb een hekel aan verliezen. Verder mezelf doorontwikkelen. Ik heb er zin in en kijk uit naar vrijdagavond.’