Terug naar Nieuws

IAN bedankt!

MEIERDRES EN TRAPPERS WAREN ÉÉN, MAAR NU IS HET VOORBIJ

3 keer Oberliga Meister, even zo vaak Oberliga Nord Meister, 4 Nederlands kampioenschappen, 6 nationale bekers, 5 Ron Bertelingschalen, 2 Gobel-De Bruyn trofeeën, 1 Oberliga-Nord goalie of the year uitverkiezing. Het is de prijzenkast van Ian Meierdres bij Tilburg Trappers.

Maar niets is voor eeuwig, ook niet het plekje onder de lat voor de 33-jarige keeper. De pijn van een slepende heupblessure werd ondraaglijk en maakte op 4 december van het vorige kalenderjaar een einde aan het tijdperk Meierdres bij de Tilburgse ijshockeytrots.

SPOTLIGHTS

Meierdres trok op zesjarige leeftijd voor het eerst het geelblauwe shirt over zijn schouders en groeide er uit tot een levende legende. ‘Ik begon als speler, maar nadat ik bij de welpen een keer of vier over het doeltje viel, stelde Doug Mason voor het eens als goalie te proberen. Zo is dat gebeurd en ik ben eigenlijk altijd blijven staan. Toch kan ik nog altijd vrij aardig met een ijshockeystick overweg.’

Een benjamin was Ian toen hij in 2007 aansloot bij het vlaggenschip van Tilburg Trappers. In het begin nog in de schaduw van Canadese goalies zoals Paulo Colaiacovo en Billy Thompson, maar op 8 maart 2009 volgde zijn eerste moment in de spotlights: de beslissende vijfde wedstrijd van de halve finale tegen Nijmegen. ‘Billy kon niet spelen vanwege problemen met zijn lies. We wonnen dat duel met 5-1 in een uitverkocht huis tegen het Nijmegen met jongens als Marco Postma, Brad Smulders, Phil Aucoin en Levi Houkes in de gelederen en plaatsten ons voor de eindstrijd tegen HYS The Hague.’

MARK PEDERSON

Een jaar later maakte succescoach Larry Suarez plaats voor de relatief onbekende Mark Pederson. Terugkijkend op zijn loopbaan beschouwt Meiedres de Canadees uit Prelate (Saskatchewan) als de oefenmeester, die doorslaggevend is geweest voor zijn latere optredens tussen de palen.

‘’Pedey’ stoomde me in 2009-2010 klaar als goalie voor de toekomst. Yutaka (Yutaka Fukufuji) was dat jaar starting goalie, maar buiten de play-offs keepten we om-en-om. Mark had een bepaald vertrouwen in me want hij stelde me niet alleen op in de potjes tegen de laagvliegers, maar ook tegen gerenommeerde ploegen als Nijmegen, Den Haag, Geleen en Heerenveen.’

MARTIN TROMMELEN

Bij het begin van de ijshockeyjaargang 2010-2011 brak voor Ian een nieuwe fase in zijn carrière aan: hij werd de nieuwe nummer 1 van Tilburg Trappers én daarmee indirect ook de opvolger van Martin Trommelen. Al wilde de destijds 21-jarige doelman liever niet dat je hem zo noemde. ‘Ik besef wel degelijk dat er minder vleiende vergelijkingen denkbaar zijn. Toch zijn we twee verschillende mensen. Martin is Martin, ik ben Ian.’

Ook voor Meierdres was en is Trommelen een van de beste keepers uit de rijke Trappers historie. ‘Niet alleen heeft Martin 954 duels in de hoofdmacht gespeeld en vele prijzen gewonnen, maar vooral heeft hij altijd een constant niveau gehaald. Maar voor mij was het wel eens vervelend dat ik al sinds de jeugd van Trappers in één adem met Trommelen werd genoemd.’

GENOEG IS GENOEG

Hoewel Marc-André Fleury zijn favoriete goalie is, koos Ian niet hetzelfde rugnummer 29 als de drievoudig Stanley Cup winnaar. Het werd 39. ‘In de jeugd droeg ik altijd 26 of 31. Toen ik bij het eerste kwam, waren deze nummers al vergeven aan Jeffrey van Iersel en Martin (Trommelen). In die tijd blonk Dominik Hasek regelmatig uit bij Detroit Red Wings dus was de keuze snel gemaakt.’

Zijn naam rolde tijdens het seizoen, maar vooral gedurende de play-offs veelvuldig van de tribunes van IJssportcentrum Stappegoor. ‘Ian…Ian….Ian….Ian’. Wanneer het er écht om ging, kon men rekenen op het kind van de club. ‘Genoeg is genoeg, zeg ik altijd. Het gaat erom dat je een puck meer stopt dan je collega aan de overkant’

NOOIT NAAR BUITENLAND

Waar ijshockeyers met een veel minder imposant palmares dan hem hun heil zochten buiten de stadsgrenzen, pakte Meierdres nooit zijn koffers. ‘Een combinatie van clubliefde, onvoldoende (financieel) interessante buitenlandse aanbiedingen en mijn gezin. Op 23-jarige leeftijd kocht ik mijn eerste huis. Niet veel later ketste een buitenlands avontuur op het laatste moment af.’

Hij vervolgt: ‘Na mijn beste jaar (2016-2017) informeerden clubs uit Italië en Duitsland. Vooral de interesse van Dresdner Eislöwen (DEL2) was zeer concreet. Uiteindelijk liep het stuk op het feit dat ik in beide competities als een import gold. Dat was jammer omdat ik graag de uitdaging was aangegaan. Dresden gaf destijds de voorkeur aan Sebastian Stefaniszin. Natuurlijk baal je dan even, maar aan de andere kant is het ook geweldig om met het gezin alles te kunnen doen, op de fiets naar de ijsbaan te gaan en familie, vrienden en kennissen om je heen te hebben.’

SLIJTAGESLAG

Bijna zevenentwintig jaar (Oberliga) ijshockey en 821 duels in de hoofdmacht van Trappers trokken een zware wissel op het lichaam van de Tilburgse sluitpost. ‘Mijn lichaam is op! Ik heb twee versleten heupen. Hoe erg het letsel is, bleek wel toen mijn behandelend arts, Pieter Druyts (orthopedisch chirurg in Elisabeth-TweeSteden ziekenhuis) mijn dossier meenam naar een congres voor orthopeden. Collega-artsen uit Noord-Amerika, die ook ijshockeykeepers tot hun patiënten mogen rekenen, schrokken enorm van de schade aan mijn heupen.’

Ondanks de fysieke ongemakken had Meierdres geen seconde willen missen. ‘Het klinkt misschien als een cliché, maar voor Trappers spelen, brengt iets speciaals. Vanaf augustus ontstaat er een band waarbij je alles voor elkaar over hebt. Spelers cijferen zich weg in het belang van het team. Zoveel jongens speelden met pijnstillers en zelfs injecties in belangrijke wedstrijden. Wanneer je dat kunt, hoor je hier thuis.’

GOUDEN CLUBSPELD

Vrijdagavond, voorafgaand aan het eerste play-off duel tegen Höchstadt Alligators, bracht een uitverkocht IJssportcentrum Stappegoor nog eenmaal een hommage aan zijn geliefde doelman. Meierdres ontving de gouden clubspeld uit handen van bestuurslid en tevens houder van de gouden clubspeld, Cees Oerlemans. Tevens kreeg het rugnummer 39 een plaats naast andere Trappers legends.

Met de ontvangst van de gouden clubspeld bevindt Ian zich in illuster gezelschap. Berrie Aarts, Bjorn Willemse, Ron van Gestel, Frank Jacobs, Gerard Zeebregts, Gertjan van Eck, Henk van de Pas, Jan de Greef, Martin Trommelen, Peter van Biezen, Rody Jacobs, Theo Douwes en de helaas overleden Frank van Roemburg, Jacques Herijgers, Cees Maas, Henk Maas en Toon van Rijswijk gingen hem voor.

CLUBICOON

‘Clubiconen zoals Ian zijn van onschatbare waarde voor de club’, aldus algemeen directeur Ruud van Baast. ‘Niet alleen bewaakte hij altijd met verve zijn doel maar ook in zijn rol als cultuurbewaker van Trappers was hij van onschatbare waarde. Het Trappersbloed stroomt door zijn aderen. Op het ijs gaan we Ian enorm missen, maar zijn naam zal voor altijd aan Tilburg Trappers verbonden blijven. De deur zal altijd voor hem open staan.’

En tot slot de hoofdrolspeler zelf. ‘Het was kippenvel. Al die mensen die je naam scanderen.
Tot het moment dat de spelers na mijn toekwamen, ging het prima. Toen hield ik het niet droog en kwam het besef dat het echt voorbij is. En dat doet zeer.’